Good Practice

Nieuw: heldere uitleg over loondoorbetaling maakt re-integratie succesvol

Toen geschiedenisdocent Ralf van der Meulen na een jaar ziekteverlof langzaam begon te herstellen, hoorde hij van collega’s dat zijn salaris in het tweede ziektejaar zou dalen naar 70%.

“Niemand kon me precies uitleggen hoe dat zat en of er uitzonderingen waren,” vertelt Ralf. “Dat zorgde voor onrust, juist toen ik me wilde focussen op herstel.”

De school herkende het probleem: veel medewerkers vinden de regels over loondoorbetaling in de ZAVO lastig te begrijpen. HR-adviseur Marieke de Jong besloot daarom om Ralf proactief uit te nodigen voor een gesprek.

“De regels staan wel in de cao, maar dat betekent niet dat iedereen ze begrijpt,” zegt ze. “Ik wil dat medewerkers precies weten hoe hun loon doorloopt tijdens ziekte.”

 
Wat zegt de ZAVO over loondoorbetaling?

Marieke legde Ralf artikel 13 van de ZAVO uit:

• In het eerste ziektejaar ontvangt een werknemer 100% salaris.
• In het tweede ziektejaar is dat 70% – maar alleen over de uren waarin je ziek bent.

“Het wordt anders zodra je gedeeltelijk gaat werken,” licht Marieke toe. “De ZAVO onderscheidt in het tweede ziektejaar drie situaties, elk met eigen financiële gevolgen.”

Situatie 1: Therapeutische arbeid

Artikel 13 lid b beschrijft dit als activiteiten binnen een vooraf bepaalde periode, onderdeel van een re-integratietraject, in een gecreëerde functie en onder begeleiding. De maximale duur is zes weken.

Het bijzondere: deze uren tellen niet als ‘werken’. Je ontvangt in het tweede ziektejaar dus 70% salaris over je volledige contract.

Situatie 2: Wenselijk geachte arbeid

In alle andere gevallen is, volgens de ZAVO, sprake van wenselijk geachte arbeid.

Dat is een soort restcategorie: alles wat geen therapeutische arbeid is.

Volgens artikel 13 lid a geldt: in het tweede ziektejaar ontvang je 70% over de uren die je ziek bent. De uren die je werkt, zijn geen ziekteverlof — daarover krijg je 100% salaris.

Marieke rekende het voor:

“Stel, je hebt een contract van 32 uur en werkt 8 uur per week aan het ontwikkelen van lesmateriaal. In het tweede ziektejaar krijg je over die 8 uur 100% betaalt, over de overige 24 uur krijg je 70% van je salaris. Dat scheelt al snel 300 euro per maand.”

Situatie 3: Scholing

Volgens artikel 13 lid c wordt de voor de re-integratie noodzakelijke scholing ook   gezien als wenselijk geachte arbeid.

Ook hier geldt in het tweede ziektejaar dus: 100% salaris over die uren.

Van theorie naar praktijk: gefaseerde re-integratie

Fase 1 – Therapeutische arbeid

Ralf kwam twee ochtenden per week naar school. Hij liep mee met collega’s, dronk koffie in de docentenkamer, maar had geen verplichtingen.

“We creëerden activiteiten speciaal voor hem, zonder prestatiedruk,” vertelt Marieke. “Dat voldoet precies aan artikel 13 lid b: een gecreëerde functie met begeleiding, maximaal zes weken.”

Financieel betekende dit: 70% salaris over het volledige contract.

Fase 2 – Wenselijk geachte arbeid

Na vier weken kreeg Ralf echte taken: het uitwerken van een nieuwe geschiedenismethode, het opstellen van toetsen en het coachen van een startende collega.

“Dat zijn reguliere werkzaamheden met loonwaarde,” zegt Marieke. “Geen gecreëerde functie, geen begeleiding meer nodig – dus wenselijk geachte arbeid volgens de ZAVO en dus 100% salaris over deze uren.”

Tips voor scholen

1. Leg de regels proactief uit – wacht niet tot medewerkers zelf met vragen komen.
2. Maak het onderscheid voor het tweede ziektejaar helder
   • Therapeutische arbeid (art. 13 lid b): gecreëerd werk, begeleiding, max. 6 weken, 70% salaris.
   • Wenselijk geachte arbeid: bestaand werk met loonwaarde, 100% over gewerkte uren.
3. Wees kritisch op wat loonwaarde heeft – niet elke activiteit kwalificeert als wenselijk geachte arbeid volgens de ZAVO.

“De ZAVO is eigenlijk heel duidelijk,” concludeert Marieke, “maar alleen als je hem goed uitlegt. Ons succes zat niet in creatieve oplossingen, maar in het zorgvuldig toepassen en communiceren van wat er gewoon in de cao staat.”