Blije mobiliteit

Duurzame inzetbaarheid vraagt, net als het duurzaam gebruik van grondstoffen en energie, om een zodanig beheer van vakbekwaamheid, gezondheid en motivatie dat deze een lange houdbaarheidsdatum hebben.

Het gaat erom dat mensen het werk langer gezond, productief en met plezier kunnen volhouden, zonder hun eigen hulpbronnen uit te putten. Dit vraagt van werkenden onder meer dat zij hun kennis en vaardigheden up-to-date houden om aantrekkelijk te blijven voor de interne en externe arbeidsmarkt, oftewel dat zij over een goede employability beschikken.

Employability hangt zowel af van de capaciteiten van de werkenden, als van de door hen ervaren mogelijkheden op de arbeidsmarkt. Ook als het economisch minder gaat, zijn de capaciteiten van werkzoekenden van belang, omdat die ervoor zorgen dat zij zich kunnen onderscheiden van anderen. Dat zij meer kans maken om gekozen te worden uit een groot aantal werkzoekenden. Maar het gaat ook om de context, om de loopbaanmogelijkheden die er zijn in de eigen organisatie of elders. Dus zowel persoonlijke als meer structurele factoren beïnvloeden ieders employability.

Dit onderscheid is belangrijk, omdat dit duidelijk maakt dat organisaties niet alleen moeten kijken naar de kwaliteiten van het individu als ze de employability van het personeel in stand willen houden of bevorderen. Organisaties moeten ook kijken naar de mogelijkheden die zij bieden om de employability van werknemers te versterken.

Veelal denken organisaties aan het bieden van opleidingen en scholing om de employability van hun werknemers te vergroten. Te weinig nog denken zij aan het stimuleren van mobiliteit. En dan bedoel ik geen gedwongen mobiliteit, maar ‘blije’ mobiliteit. Mobiliteit waardoor werkenden vrijwillig bewegen in hun loopbaan. Er zijn diverse mogelijkheden. Denk aan: taakverbreding, of juist specialisatie, tijdelijk gedetacheerd worden, functieroulatie, een stapje terug doen of van vak veranderen. Dit alles helpt om de employability van werkenden te bevorderen. Talenten kunnen ontdekt en ontwikkeld worden, en voorkomen wordt dat mensen vastlopen in een functie: variatie leidt tot vitaliteit. Het werkplezier neemt toe en de kans op uitval neemt af. Mobiliteit geeft werkenden zo een ruimere horizon én een bredere basis voor een loopbaan voor het leven.

Tinka van Vuuren
Senior consultant Loyalis en hoogleraar Vitaliteitsmanagement