Werkgever
Werknemer

WGA 35-80%

Hoogte

De hoogte van de loongerelateerde uitkering bedraagt de eerste twee maanden 75% en daarna 70% van het verschil tussen het oude (gemaximeerde) dagloon voordat de werknemer ziek werd en het nieuwe inkomen. Dit betekent dat met iedere euro aan extra inkomsten uit arbeid het totale inkomen van de werknemer toeneemt met € 0,25 of € 0,30. Zo wordt de gedeeltelijk arbeidsongeschikte werknemer gestimuleerd om (meer) te werken.   

 De loonaanvullingsuitkering kent twee varianten:

  • De werknemer vervult tussen de 50 en 100% van zijn restverdiencapaciteit. Dan bedraagt de loonaanvullingsuitkering 70% van het dagloon minus het bedrag dat de werknemer nog met werken kan verdienen.
  • De werknemer vervult volledig zijn restverdiencapaciteit of is tijdelijk geheel arbeidsongeschikt. Dan bedraagt de loonaanvullingsuitkering 70% van het dagloon minus het nieuwe inkomen.

De hoogte van de WGA-vervolguitkering is gebaseerd op een uitkeringspercentage maal het minimumloon. Het uitkeringspercentage wordt afgeleid van het arbeidsongeschiktheidspercentage, dat voor de werknemer is vastgesteld. Onderstaand worden de uitkeringspercentages voor de verschillende arbeidsongeschiktheidsklassen weergegeven.

Arbeidsongeschiktheidspercentage

Uitkeringspercentage

35-45%

28%

45-55%

35%

55-65%

42%

65-80%

50,75%

 

 

Reparatie WGA-uitkering

Als de werknemer recht heeft op een loongerelateerde WGA-uitkering, waarvan de toegekende duur korter is dan zou hebben gegolden voor 31 december 2015, heeft recht op een reparatie-uitkering. Deze uitkering gaat direct in na afloop van de WGA-uitkering. De duur van de reparatie-uitkering is gelijk aan het verschil tussen de duur van de loongerelateerde WGA-uitkering, zoals deze gold voor en na 31 december 2015. De hoogte is gelijk aan de loongerelateerde WGA-uitkering.

WGA 35-80%

Hoogte

De hoogte van de loongerelateerde uitkering bedraagt de eerste twee maanden 75% en daarna 70% van het verschil tussen het oude (gemaximeerde) dagloon voordat de werknemer ziek werd en het nieuwe inkomen. Dit betekent dat met iedere euro aan extra inkomsten uit arbeid het totale inkomen van de werknemer toeneemt met € 0,25 of € 0,30. Zo wordt de gedeeltelijk arbeidsongeschikte werknemer gestimuleerd om (meer) te werken.

De loonaanvullingsuitkering kent twee varianten:

  • De werknemer vervult tussen de 50 en 100% van zijn restverdiencapaciteit. Dan bedraagt de loonaanvullingsuitkering 70% van het dagloon minus het bedrag dat de werknemer nog met werken kan verdienen.
  • De werknemer vervult volledig zijn restverdiencapaciteit of is tijdelijk geheel arbeidsongeschikt. Dan bedraagt de loonaanvullingsuitkering 70% van het dagloon minus het nieuwe inkomen.

De hoogte van de WGA-vervolguitkering is gebaseerd op een uitkeringspercentage maal het minimumloon. Het uitkeringspercentage wordt afgeleid van het arbeidsongeschiktheidspercentage, dat voor de werknemer is vastgesteld. Onderstaand worden de uitkeringspercentages voor de verschillende arbeidsongeschiktheidsklassen weergegeven.

Arbeidsongeschiktheidspercentage

Uitkeringspercentage

35-45%

28%

45-55%

35%

55-65%

42%

65-80%

50,75%

Reparatie WGA-uitkering

Als u recht hebt op een loongerelateerde WGA-uitkering, waarvan de toegekende duur korter is dan zou hebben gegolden voor 31 december 2015, hebt u recht op een reparatie-uitkering. Deze uitkering gaat direct in na afloop van de WGA-uitkering. De duur van de reparatie-uitkering is gelijk aan het verschil tussen de duur van de loongerelateerde WGA-uitkering, zoals deze gold voor en na 31 december 2015. De hoogte is gelijk aan de loongerelateerde WGA-uitkering.

U moet de reparatie-uitkering zelf aanvragen. De aanvraag kan ingediend worden vanaf 1 maand voor het einde van de loongerelateerde WGA-uitkering.